Vertrouwen tanken met een dubbel gevoel

Zuidwolde, 2 oktober 

Op een regenachtige zondagmiddag rijd ik met Martijn naar Zuidwolde voor de Bikkelloop. Het lopen gaat al tijden redelijk en niet meer dan redelijk. In België liep ik me stuk op een Belgische concurrent en de trainingen draaien allesbehalve soepel. De vorm van 12 augustus -toen ik op een Utrechtse baan een drie kilometer liep in 8 minuut 52- is nog ver weg. Op karakter heb ik recent twee vijf-kilometer wedstrijden gelopen in 15 minuut 50 en 15 minuut 49. Maar fijn voelde het niet. Begrijpelijk allemaal, maar tegelijkertijd zo frustrerend voor mezelf. Vorm laat zich niet dwingen.

Hopelijk vandaag in de Bikkelloop. Een snel parcours, geen fratsen, maar vier ronden knetterhard gas geven door de straten van Zuidwolde. Geen tijd voor mooie plaatjes of sightseeing. Dit is absoluut geen belediging voor het dorp Zuidwolde, maar door het slechte weer viel er echt niks te zien. Ik zou vooraf tekenen voor een 33-er op de tien kilometer, ook al had ik daar zelf een hard hoofd in. Mijn plan was simpel. Niet te gek van start gaan, eigen tempo pakken en op het laatst vol doortrekken.

Zo gezegd, zo gestart. Alwin, Erik, een paar oude bekenden en twee Afrikanen snelden er vandoor. Ik wist dat ik een paar jongens later in de wedstrijd weer zou tegenkomen, omdat de meeste jongens met een verval te maken krijgen. Na vijf kilometer raapte ik de eerste op. Nadat ik nog wat jongens had ingehaald, begon ik me iets zekerder te voelen. De laatste kilometer zette ik flink aan en de klok stond stil op 33 minuut 29. Nog lang niet wat het zijn moet, maar toch alweer een stap in de goede richting. De middag leek opeens iets minder druilerig dan voor de wedstrijd. Ik kan het nog en de basis is er nog steeds! Voor mij een geruststellende gedachte. Het geeft me een goed gevoel om de komende zes weken zonder wedstrijden mijn trainingen te gaan uitbouwen.

 

Haarle, 13 november

Op 19 februari 2017 sta ik aan de start van de marathon in Sevilla. Een vriend maakte me enthousiast voor deze marathon. Ik merk ook dat ik toe ben aan een meetmoment, om te weten waar ik sta.

De keuze voor deze marathon heeft wel consequenties. Midweekse duurlopen van 35 tot 40 kilometer zorgen ervoor dat je snelheidsniveau voor korte wedstrijden in het weekend afneemt. En om te voorkomen dat ik onmogelijke dingen ga eisen van mijn lichaam, heb ik besloten niet te starten in de Cross League Oost, maar in het Sallands Cross Circuit. Een niveautje lager proberen mee te draaien en tegelijkertijd niet iedere week volle bak moeten gaan.

Een deel van de organisatie van het Sallands Cross Circuit was niet zo blij met deze keuze. Ik begrijp ik dat wel; Met mijn tijden hoor ik ook in de Cross League thuis. Maar de marathon en de kwaliteit van die trainingen vind ik nu even belangrijker. Bovendien wordt de Cross League een week na de marathon van Sevilla beslist, wat voor mij niet ideaal is. Het is niet anders.

Gelukkig zijn er twee wedstrijden waar de Cross League en het Cross Circuit elkaar kruisen en waar ik ook aan de start kom: Haarle en Luttenberg. Haarle is de eerste van deze twee. In Haarle was mijn doel vooraf helder: Eerste worden in het Sallands Cross Circuit en bij de top drie eindigen in de totale wedstrijd, dus inclusief de lopers uit de Cross League (alle lopers starten gelijk).

Ik had in de zes trainingsweken na Zuidwolde vertrouwen opgedaan. Voelde me langzaamaan weer sterker worden. De langere wisselduurlopen in combinatie met intervaltrainingen doen mijn zichtbaar goed. Toch was ik vooraf zenuwachtig. De nummers één en twee van de Cross League van vorig jaar -Arne en Koen- zijn me nog te snel. Maar daarna zit een grote groep die vorig jaar aan elkaar gewaagd waren. Kan ik me nog met hun meten?

Bij de start vlogen Arne en Koen zoals verwacht als een speer weg. Ik volgde met een groepje bekende namen. Marc, Erik, Ruud, Johan, Lamko, Ard, Berthold en Pascal, alle regionale toppers. De eerste kilometer liep ik achterin deze groep. Al snel voelde ik me sterker worden en versnelde ik iets. Even liep ik alleen vooruit de anderen, totdat ik na een paar minuten iemand achter me hoorde. Een jonge gast die ik nog niet ken? Nee hoor! Good old Johan liep als enige achter me aan.

Elke jaar denk ik dat Johan minder zou kunnen worden nu hij richting de 50 loopt. Maar daar loopt hij weer. Johan is een topcrosser, dat weet ik. Er zat voor mij maar 1 ding op: vol gas geven en op de rechte stukken proberen weg te lopen. Jammer genoeg voor mij werd het parcours regelmatig erg technisch van aard. En daar is Johan in zijn kracht. Kortom: ik kreeg hem niet los. Johan wist in de laatste kilometer al dat hij eerste was in de 40+ klasse.  Dit voelde als een soort vrijbrief voor mij om hem het laatste stuk los te sprinten. Plek drie, op maar één minuutje achter Arne. Veel van mijn concurrenten heb ik op een grotere afstand gelopen dan vorig jaar.

Dit geeft mij een enorme boost. Tegelijkertijd besef ik dat mijn grootse fan er niet meer is. Ik mis haar aan de finish. Mama was altijd nog trotser op mijn loopprestaties dan ikzelf.

 

Raalte, 20 november 

Ik heb per jaar twee thuiswedstrijden. In mei bij Vital Centre, het fitnesscentrum waar ik al jaren train. En in november bij het Hoftheater, bijna in mijn achtertuin. Ik wil iedere wedstrijd graag knallen, maar bij deze twee wedstrijden ben ik soms iets te gretig. Bij de 10 mijl van Vital in het voorjaar, heb ik me twee jaar op rij volledig kapotgelopen. Als een kip zonder kop starten, omdat ik maar één ding wat ik graag wil: winnen. Afgelopen mei lag ik s’avonds na de wedstrijd misselijk en met hoofdpijn in bed. Ook in de november Cross loop ik me regelmatig kapot. In 2014 was daar de sprint der stervende zwanen met Edwin Ophof (foto, onder). In 2015 het gevecht met Joep en Pascal en in 2016 finishte ik solo als eerste, maar moest ik ’s avonds met maagkrampen naar het ziekenhuis.

1394336_10200223317104439_70500680_n

De wedstrijd van vandaag bij het Hoftheater telt alleen mee voor het Sallands Cross Circuit. Dus geen last van de League-lopers vandaag. Lang had ik in mijn hoofd dat deze editie wel eens minder zwaar zou kunnen worden qua tegenstand. Tot Joep. Loopmaat Joep loopt momenteel 32-ers op de tien kilometer; Die loop ik sinds juni al niet meer. Diezelfde Joep leek het leuk te starten in Raalte. Het argument dat ik niet elke cross volle bak wil gaan en juist aan het Cross Circuit wil meedoen om ook eens op 90 procent een wedstrijd te lopen, was aan Joep niet besteed.  Het argument dat ik zo graag mijn thuiswedstrijd wilde winnen evenmin. Het is dat Joep zo sympathiek is, anders had ik toch even een paar avonden ’s nachts voor zijn huis staan toeteren om hem systematisch uit de slaap te houden. Nou ja, dan de strijd maar aangaan. En een strijd werd het!

Doordat ik veel met Joep train ken ik zijn tactiek. Die overigens niet heel moeilijk te bevatten is. Ik citeer: “Keihard starten. Hopen dat ik niet in elkaar zak. Soms gaat het goed, soms niet”. De wedstrijd startte, volgens de afspraak was de eerste 300 meter voor Edwin Ophof. Onder het motto van: gun een grote sportman zijn moment hebben we dit laten gebeuren.  Daarna was het aan Joep en mij om een gat te trekken. Natuurlijk was ik Joep na twee kilometer kwijt. Na vier kilometer kon in hem nauwelijks meer zien. Ik gokte een beetje op mijn ervaringen met Joep: meestal kom ik hem wel weer tegen. Zo geschiedde. Ik kwam steeds dichterbij en bij kilometer acht liep ik weer naast hem. Ik wist wat me te doen stond: niet -ik herhaal- NIET met Joep naar de finish lopen. Want: al is Joep nog zo kapot, hij heeft altijd een extra sprintraket, een turboboost. Maar wat ik ook probeerde: het lukte niet. Op zijn beurt probeerde Joep mij te lossen, wat ook niet lukte. De uitslag laat zich raden: Joep wint met twee seconden voorsprong. Weer niet gewonnen in Raalte…..of……..

Uithijgen, rustig zitten en dan nadenken…. Ik kan hier nog winnen vandaag! De vijf kilometer start immers pas over een uur. Zou dat kunnen? Tuurlijk, alles kan. En wat heb ik te verliezen? Ik neem een gelletje, een banaan en een boterham en schrijf me vervolgens in. Ik rust zoveel mogelijk en klim vlak voor de start over het hek heen. De speaker Henk valt het direct op. “Dit is mooi mensen!! Jos Verdaasdonk doet ook mee aan de vijf kilometer, terwijl hij een uur geleden nog naar de tweede plek sprintte!”.  Om eerlijk te zeggen: Ik vind het eerder dom dan mooi van mezelf. Maar soms is het heerlijk om je door je gevoel te laten leiden.

Na de start sprinten een paar mannen er meteen vandoor. Na 500 meter kom ik bij ze. We blijven tot kilometer één bij elkaar. Ik besluit op het recht stuk gas te geven. Dit blijkt een goede keuze. De hele groep lost. Vervolgens kan ik relatief eenvoudig naar de winst lopen. Toch nog winst in mijn dorp! Ik ben wel gesloopt en verstandig voor mijn lichaam is het niet. Maar een wedstrijd in Raalte mag voor mij wat meer pijn doen. Ook al is de pijn vandaag niet alleen fysiek.

Vorig jaar was Raalte één van de laatste wedstrijden dat mama er nog bij was. Ik zie haar nog zo lopen van en naar het Hoftheater. Dit is nog geen 500 meter, maar voor haar was het een martelgang. Toch kwam rillend van de kou kijken. Op karakter heeft ze zelfs de prijsuitreiking volgehouden. De route van vandaag liep pal langs haar huis. Ik durfde niet eens naar rechts te kijken, bang dat ik huilend in elkaar zou storten. Winnen zonder jou is toch niet zo leuk mama.


Geplaatst

in

door

Tags: